Het is nog iets complexer. Parametrische toetsen veronderstellen niet dat je variabele normaal is verdeeld (zie http://oupsy.nl/help/112/wanneer-is-mijn-data-te-scheef-niet-normaal-verdeeld). Die kun je bijna altijd gebruiken. Helemaal omdat je nooit variabelen op ordinaal of nominaal (categorisch) niveau moet meten, tenzij je echt niet anders kan.
Mocht je om een een of andere reden met een categorische variabele opgescheept zitten, dan heeft die bijna altijd een beperkt aantal categorieen (bijvoorbeeld 2 groepen, 3 groepen, of 4 groepen). In dat geval gebruik je anova (als de andere variabele interval is) of chi-square (als de andere variabele ook categorisch is).
Met die toetsen (Pearson r; t-toetsen + Cohen's d; anova + omega^2; chi-square + Cramer's V) kun je dus bijna alle combinaties toetsen. Mocht je een andere situatie hebben, leg die dan voor aan je begeleider (of evt hier in een opmerking :-)).