Vaak is het niet altijd met zekerheid te bepalen wat de precieze verdeling is van variabelen, daarom bekijken we vaak verschillende maten. Je kunt bijv. naar de histogrammen kijken voor de verdeling, de toppigheid of de scheefheid en die vergelijken met de statistieken. Vaak zullen die overeen komen en soms ook niet. Als we puur naar de uitkomst van de diptest kijken zouden we concluderen niet twee toppig. Kijken we naar de histogram, dan zou je kunnen zeggen dat het lijkt op twee toppig.