Voor mijn masteronderzoek voer ik een factoranalyse (EFA) op een vragenlijst (2 schalen). Echter, bij inspectie van de correlatietabel zie ik dat de meeste items laten zeer lage correlaties hebben met andere items. Van de 20 items zijn er per item minstens zes die een correlatie tussen de .30 en -.30 (en vaak nog wel minder). Dit aantal loopt op tot wel 18! De determinant bevestigt ook het matige beeld: slechts 6.35x10-6 ! Verwijderen van items heeft niet zoveel zin, omdat bijna de hele vragenlijst verwijderd moet worden! Hier heb ik dus een serieus probleem: hoe moet ik hiermee omgaan? Het onderzoek 'even' opnieuw doen, lukt niet (in een klassensetting).
Zelf overweeg ik een genuanceerde beslissing te maken op basis van het verloop van het onderzoek en de theorie: niet alle leerlingen waren tijdens het invullen van de vragenlijsten erg geconcentreerd bezig (ik was als onderzoeker het hele tijd aanwezig voor observeren/ hand- en spandiensten verrichten). Daarnaast was de sample was niet erg groot (60 bruikbaar), waardoor de betrouwbaarheid van de analyse naar beneden haalt. Dit wil ik combineren met wat de theorie zegt over de vragenlijsten (en eerder onderzoek) en op basis daarvan de oorspronkelijke schalen aanhouden (vlgs. literatuur). In mijn rapportage geef ik dan een onderbouwing van mijn keuzes en de mate van (on)betrouwbaarheid van het onderzoek/vragenlijsten.
Is zo'n soort oplossing acceptabel? Of moet ik het grondiger aanpakken?