Dit is een site voor studenten van de Open Universiteit. Voordat je een vraag kunt stellen moet je even een account aanmaken (dit systeem is niet gekoppeld aan je OU studentnummer en wachtwoord).

Welkom bij het vraag- en antwoord systeem van de onderzoeks-practica van de studie psychologie bij de Open Universiteit.

Houd er, als je een vraag stelt, rekening mee dat je de richtlijnen volgt!

0 leuk 0 niet-leuks
Stel je doet een literatuuronderzoek en wilt een multiple regressieanalyse uitvoeren. Theoretisch gezien zou mijn concept uit 4 schalen (a, b, c en d) bestaan en de uitkomstvariabele bestaat uit 2 schalen (1 en 2). Stel dat 1 van de hypothesen is dat er een positief verband bestaat tussen schaal a op 1 en een andere hypothese uit een negatief verband tussen schaal b op 2. Ik doe een factoranalyse vooraf om de schalen te valideren en nu blijkt dat schaal a en b onderling hoog correleren en wellicht beter als 1 schaal kunnen functioneren. Wat gebeurt er nu met mijn hypothesen?
in Cross-sectioneel Onderzoek (OCO, PB08x2) door (1.1k punten)

1 Antwoord

1 leuk 0 niet-leuks
Er is niet echt een eenduidig antwoord op de vraag, omdat het uiteindelijke antwoord een afweging zal zijn van inhoudelijke theorie, statistische beslissingen, en controle van de validiteit van de vragenlijst.

Het eerst probleem is eigenlijk al de unidimensionaliteit: als de hypothesen al zo concreet waren dat er op subschaalniveau verbanden konden worden verondersteld, dan hoort een vragenlijst eigenlijk al niet meer te verrassen door de subschalen ter discussie te stellen. Als de vragenlijst, of uberhaubt het meten van het construct, nog experimenteel is, dan zou eigenlijk de dimensionaliteit van de vragenlijst deel van de hypothesen moeten zijn.

Maar, ervan uitgaande dat de vragenlijstitems het construct goed dekken, en dat de theorie toestaat om het gemeten construct als unidimensioneel te beschouwen, dan gebeurt er als het goed is weinig met de hypothesen. Zolang de correlatie tussen de factoren niet multicollear is (bijvoorbeeld > .9) en een twee-factoroplossing een duidelijk patroon van discriminantvaliditeit en convergente validiteit vertoond, dan zou er voldoende ondersteuning moeten zijn voor het handhaven van de hypothesen.

Als de correlatie tussen factoren hoger is dan .9, dan moet men afvragen of de twee subschalen eigenlijk niet hetzelfde zitten te meten. De hypothesen toetsen zoals ze waren heeft dan eigenlijk inhoudelijk weinig zin. Enkel een evaluatie van constructvaliditeit van de items kan dan uitwijzen of unidimensioneel toetsen dan nog zinvol is.
door (63.5k punten)
...