Ik heb een vraag over de terugkoppeling van opdracht 3.3.4:
“Studenten met een verschillende vooropleiding verschillen niet in de mate van statistiekangst die zij hebben voordat zij de cursus deden (F(4, 35) = 1.99, p = .12). De varianties zijn aan elkaar gelijk, maar een post-hoctoets is niet nodig aangezien de omnibustoets niet significant is. De η2 is (afgerond) .19, hetgeen wil zeggen dat 19% van de variantie in statistiekangst verklaard wordt door de vooropleiding. Daarmee is duidelijk dat 81% van de variantie door een of meerdere andere variabelen verklaard wordt.”
Ik zou verwachten dat aangezien de verschillen in statistiekangst niet significant waren een eta-toets niet zinvol is. Als er geen significante verschillen zijn, dan kun je toch ook niets zeggen over de grootte van die verschillen?
Mijn studiecentrum voor KDA is Groningen