Power-analyses zijn dermate cruciaal in onderzoek dat het verstandig is om dit met je begeleider te bespreken. Bij kruistabellen geldt bovendien dat de power afhangt van hoe hoog de percentages zijn die je verwacht te vinden.
Ik adviseer dus om met je begeleider te overleggen, en vast te stellen welke proporties jullie verwachten te vinden. Die twee proporties kunnen dan worden invoerd in G*Power (zie http://www.ats.ucla.edu/stat/gpower/indeppropor1.htm).
Overigens is het onverstandig om dichotome maten te gebruiken; die hebben erg weinig power. Als je variabelen op interval-niveau kunt meten, doe dat dan. De VVMI is al continue (dus interval). De MUST en BIA ken ik niet, maar als dat ook een continue maat is die wordt gedichotomiseerd, dan zou ik adviseren om die stap (dichotomisering) over te slaan als dat in de context van jullie onderzoeksveld en onderzoeksvraag kan, dan heb je veel minder deelnemers nodig, en kun je poweren op een correlatie-coefficient.
Hoe dan ook moeten jullie dit met je begeleider bespreken, die, als hij/zij niet sterk is in power analyses, altijd de hulp van een statisticus in kan roepen.