Center in wiskundige zin is een 'centrummaat'; een enkel getal wat een samenvatting van de data geeft, zoals een gemiddelde, mediaan of modus.
Een eenvoudige bottomline: het meetniveau van de variabele is leidend in het eerste bepalen van de keuze voor een centrummaat. Dus als je variabele puur continu (interval/ratio) is, dan zou in theorie center=mean de meeste kracht moeten hebben. Op ordinaal niveau is de mediaan krachtiger.
Echter, er zijn gevallen wanneer de mediaan toch beter is. Bij scheve data (zelfs een beetje scheef) is de mediaan vaak al een robustere schatting van het 'midden' van de data. Idem bij data die niet 'echt' continue is, zoals veel gemiddelden van een set Likert-schaal items; die enerzijds zich continu gedragen, maar nog restanten van ordinaligheid (is dat een woord?) vertonen.
Omdat mediaan gelijk zal zijn aan gemiddelde in een ideale situatie, en in niet-ideale situaties al snel de mediaan krachtiger kan(!) zijn, is er weinig mis mee om standaard voor center=median te kiezen. Als je redelijk zeker bent van de normaliteit van de afhankelijke variabele, en de continue aard ervan, dan heeft het meer power om van center=mean uit te gaan