Dit werkt iets anders.
Kijk, SPSS is niet echt een programmeertaal, maar een scripttaal. SPSS komt uit 1968. SPSS is ontworpen voor mainframes, waar verwerkingstijd schaars was. Je analyses moeten dus worden omgezet naar een ponskaart, die dan door zo'n mainframe werd verwerkt. En dan kwam je de volgende dag, of week, terug om je uitkomsten te bekijken.
Omdat verwerkingstijd schaars was, wilde je zo weinig mogelijk handelingen die het doorwerken van de hele dataset vereisten.
EXECUTE dwingt het verwerken van de hele dataset af.
Maar, elk analyse-commando doet dat ook.
Je hebt EXECUTE dus eigenlijk bijna nooit nodig; je kunt COMPUTE statements op elkaar stapelen, en SPSS onthoud die dan allemaal; en voert ze dan, zo gauw je een echte analyse doet, eerst in de juiste volgorde uit. Je analysescripts worden ook ietsje sneller door geen EXECUTEs te gebruiken.
Er zijn maar een paar situaties waarin je EXECUTE echt nodig hebt; bijvoorbeeld als je een variabele verwijderd met DELETE VARIABLE.
Of als je in je data wil zien wat de uitkomst van de COMPUTE statements is.
Maar: dit is een slechte manier om met je data te werken. Je kunt je beter aanleren om commando's als DESCR (voor descriptives) en FREQ (voor frequenties) te gebruiken. Die manier van werken werkt namelijk altijd, ook met een dataset met 500 variabelen en 2000 deelnemers. De data echt bekijken in de spreadsheet werkt alleen maar met hele kleine datasetjes, dus als je je die manier van werken aanleert, ben je straks geintimideerd in de vervolgcursussen en tijdens de bachelor en master these. Kun je beter gelijk een manier aanleren die altijd werkt :-)