Luc heeft gelijk! Syntax bestanden zijn gewoon textfiles. Die kun je dus openen, en je kunt copy-pasten. Voeg dan commentaar toe om voor jezelf uit te leggen waar de commando's over gaan. Commentaar ziet er zo uit:
*** Dit is commentaar.
Dus: regels moeten starten met een * en eindigen met een .
Een lege regel na commentaar werkt ook; dan begrijpt SPSS ook dat het commentaar is afgelopen. Maar als je een regel met commentaar hebt, niet met een . eindigt, en de volgende regel is een SPSS commando, dan gaat het fout. Het is dus handig om je aan te leren altijd te eindigen met een .
Zie voor voorbeelden http://oupsy.nl/files/standaard%20syntax%20file.sps
Als je eenmaal al je syntax in één bestand hebt geplaatst, hoef je dat bestand alleen nog maar uit te voeren, en SPSS genereert één output file. Je hoeft je output files dus niet afzonderlijk te combineren.
Overigens is het handig om je syntax altijd te starten met het commando om je datafile te openen. Dit commando plaatst SPSS automatisch in de output als je je datafile via de menu's opent: het is het GET FILE commando. Die kun je dan copy-pasten vanuit je output naar je syntax.
In R starten commentaar-regels overigens met een hekje (#), en hoeven ze niet met een punt te eindigen: die zien er dus zo uit:
### Dit is commentaar, en eindigt niet met een punt :-)