Het gaat om de definitie van de p-waarde. Tenzij je eenzijdig toetst (wat meestal niet passend is), is de definitie van de p-waarde de kans dat je in een willekeurige steekproef een effectgrootte vindt die even groot of groter is als die die je in jouw steekproef hebt gevonden, aangenomen dat de effectgrootte in de populatie gelijk is aan die volgens de nulhypothese (meestal geen effect, dus Cohen's d = 0, Pearson's r = 0, et cetera). Dit betekent dus dat de kans die je in de densityplot aan alleen de linker of rechterkant ziet de helft van je p-waarde is. Op het examen zal hier geen ambiguiteit over zijn. Als er een p-waarde wordt gegeven, zal dat dus de p-waarde zijn volgens de definitie zoals die hierboven staat (en in de stof).