Dag Peter_Paul,
Als je onderstaande syntax uitvoert, zie je dat dat wel klopt.
Compute @ZELF = mean.4(g2, g5, g11, g16,g20,g24).
Compute @ANDER = mean.4(g6, g9, g10, g13,g19,g21).
Compute @POSITIEF = mean.4(g1, g4, g8, g14,g17,g23).
Compute @NEGATIEF = mean.4(g3, g7, g12, g15,g18,g22).
Compute @VEILIG_10 = mean.8(h3, h6, h9, h20, h42, h52, h56, h72, h70, h67).
Compute @VERMIJDEND_10 = mean.8(h8, h15, h18, h24, h28, h35, h38, h58, h66, h51).
Compute @ANGST_10 = mean.8(h2, h10, h27, h30, h43, h46, h63, h64, h68, h71).
list/variables respnum @ZELF @ANDER @POSITIEF @NEGATIEF.
OUTPUT:
respnum @ZELF @ANDER @POSITIEF @NEGATIEF
3 1,20 1,33 1,50 4,00
8 2,17 2,33 2,00 4,67
9 3,50 1,00 1,17 2,67
12 2,00 1,50 1,00 5,50
17 1,50 1,00 1,00 5,17
18 2,00 2,17 2,50 2,00
In de terugkoppeling staan de scores van respnum =18 genoemd, die staan in de 6e regel van het databestand:
"Om Y (dat is de voorspelde waarde op angstige hechting) te berekenen hebt u de scores op @Zelf, @Ander, @Positief en @Negatief nodig. In de datafile kunt u die waarden voor de respondent met respnum 18 opzoeken. Die waarden zijn: @Zelf = 2.00, @Ander = 2.17, @Positief = 2.50 en @Negatief = 2.00."
MvG, Rolf