DIt is vraag 15 van de oefencasus van 15.2
Wat zijn de gezamenlijke effecten van de zwaarte van een sanctie bij overtreding van een regel en het ervaren van onrechtvaardigheid van een maatregel op de regelnaleving? Anders gezegd: heeft een onrechtvaardige maatregel een ander effect op het privégebruik van bedrijfsmiddelen afhankelijk van het feit of men een zware dan wel een milde sanctie kan verwachten bij overtreding? Nog anders gezegd: is het verband tussen de zwaarte van de sanctie en het privégebruik van bedrijfsmiddelen afhankelijk van de mate van rechtvaardigheid van de maatregel? Voer een toets uit om antwoord te kunnen geven op deze vraag.
Om na te gaan wat de gezamenlijke effecten zijn van de zwaarte van een sanctie bij overtreding van een regel en het ervaren van onrechtvaardigheid van een maatregel op de regelnaleving kan een mixed ANOVA worden gebruikt. De within-subjects-variabele heeft nu drie niveaus: de drie metingen van privégebruik: PG0, PG1, PG2. Conditie is weer de between-subjects-factor. De interactie tussen conditie en meting is het effect waarin we zijn geïnteresseerd. Via de Plots… optie kan hier weer een plaatje van gemaakt worden, waarmee direct duidelijk wordt hoe deze interactie eruitziet. De interactie is significant (lower-bound): F(1, 125) = 9.46, p = .003.
Tijdens het derde college in Amsterdam werd gezegd dat je niet naar LOWER-BOUND hoeft te kijken. Waarom gebeurt dat hier dan wel?