Dit is een site voor studenten van de Open Universiteit. Voordat je een vraag kunt stellen moet je even een account aanmaken (dit systeem is niet gekoppeld aan je OU studentnummer en wachtwoord).

Welkom bij het vraag- en antwoord systeem van de onderzoeks-practica van de studie psychologie bij de Open Universiteit.

Houd er, als je een vraag stelt, rekening mee dat je de richtlijnen volgt!

0 leuk 0 niet-leuks
In de suggesties voor onderzoeksvragen in de casus 'werk en psychische gezondheid' zijn er veel vragen die spreken over 'invloed' van de onafhankelijke op de afhankelijke variabelen. Bijvoorbeeld: de invloed van werkdruk, autonomie en sociale steun op bevlogenheid.

Dit toetsen we met een MRA, waarbij we de correlatie bepalen tussen de verschillende factoren. Echter; bij correlatie kunnen we toch niet spreken van invloed? In de casus over hechting en alcoholgebruik begrijp ik de veronderstelling van causaliteit, want hechting vind (meestal) eerder plaats in een leven dan alcoholgebruik. Bij bijvoorbeeld werkdruk en bevlogenheid zie ik dat anders. Meer bevlogenheid kan namelijk ook maken dat iemand een hoge werkdruk aankan/opzoekt. Waarom kan hier toch van invloed van werkdruk op bevlogenheid gesproken worden? En: wanneer ik hierover schrijf, mag ik de begrippen samenhang en invloed door elkaar gebruiken of moet ik hier strikt onderscheid in maken?
in Cross-sectioneel Onderzoek (OCO, PB08x2) door (350 punten)

1 Antwoord

0 leuk 0 niet-leuks

Dit klopt, je kunt met niet-experimentele designs nooit een causaal verband onderzoeken.

Er spelen hier twee verwarrende zaken door elkaar.

Ten eerste kun je binnen de content van statistische analyses spreken over een effect van de ene variabele op de andere variabelen zonder dat je pretendeert dat er sprake is van causaliteit. Dit is een conventie die in dit verband verwarrend is. Doordat je statistisch soms spreekt van een effect van de ene variabele op de andere, kan dat makkelijk in je taalgebruik buiten de context van die analyse sluipen. Dat is fout maar veelvoorkomend.

Ten tweede kun je met correlaties wel kijken of sterk een verband is. Als een theorie bijvoorbeeld stelt dat attitude en normen invloed hebben op of mensen een gedrag uitvoeren, dan kun je voor verschillende gedragingen die drie variabelen (attitude, norm, gedrag) meten, en kijken voor welke gedragingen attitude de belangrijkste voorspeller is, en voor welke gedragingen norm.

Je kunt dan nooit een conclusie trekken over 'of de theorie klopt', maar wel zinvol onderzoek doen naar de mate waarin dat causale model dat de theorie postuleert van toepassing is voor verschillende doelgedragingen.

door (77.8k punten)
...