Ik heb een moderatie analyse uitgevoerd. Waarbij ik heb gekeken of de relatie impulsiviteit - seksueel risicogedrag gemodereerd wordt door hechting. Ik heb een aantal vragen met betrekking tot de interpretaties.
Hechting is een categorische variabele, die ik als multi-categorial heb ingevoerd bij process. Waarbij veilige hechting het referentiepunt is. En ik drie moderaties uitvoer voor de onveilige hechtingstijlen: angstige, angstig-vermijdende en afwijzend-vermijdende hechting.
Seksueel risicogedrag heb ik geoperationaliseerd op condoom gebruik en het aantal partners dat iemand heeft gehad in het afgelopen jaar.
Voor condoomgebruik is het model significant. Impulsiviteit is een voorspeller en laat ook significantie zien. Maar er is geen interactie effect met een onveilige hechtingstijl gevonden. Omdat het model wel significant is, betekend het dat ik dan kan zeggen dat er mogelijk met veilige hechting wel een interactie is? En kan ik zeggen dat impulsiviteit sterk lijkt samen te hangen met condoomgebruik bij veilige gehechte individuen en minder sterk bij de onveilige stijlen? Mag ik die conclusie trekken zonder dat ik een interactie op veilige hechting zie in mijn output? Of mag je dit sowieso omdraaien?
Daarnaast toont in de moderatie analyse het model bij de relatie impulsiviteit- seksueel risicogedrag: het aantal partners significantie. Uit de drie moderaties met de onveilige hechtingstijlen blijkt dat de interacties met impulsiviteit en- angstige hechting & impulsiviteit- angst-vermijdende hechting negatief significant zijn.
Hebben deze dan een verzwakkend effect op de relatie impulsiviteit seksueel risicogedrag aantal partners? Of mag ik het hier ook zo interpreteren dat impulsiviteit alleen een rol speelt bij seksueel risicogedrag aantal partners bij veilig gehechte personen? Waarbij ik dan de negatieve significantie vertaal naar een positieve interactie met veilige hechting.
groet van Bea
