Bedankt voor je extra uitleg!
Je eerste vraag, wanneer de gepaarde versus de ongepaarde t-toets te gebruiken: dit hangt er vanaf of je steekproeven onafhankelijke zijn of niet. Als elk datapunt in je ene steekproef evenveel samenhangt met alle andere datapunten in de andere steekproef, zijn ze onafhankelijk. Het is dan niet mogelijk om datapunten uit steekproef 1 te linken aan datapunten uit steekproef 2. Maar, als je bijvoorbeeld twee gezinsleden uit hetzelfde gezin neemt, dan lijken die meer op elkaar dan op willekeurige andere gezinsleden. Er is dus wel afhankelijkheid; omdat de gezinsleden op elkaar lijken, delen ze variantie. Dit geldt ook voor herhaalde metingen binnen een persoon natuurlijk; een persoon lijkt meer op zichzelf dan op iemand anders.
Met betrekking tot je tweede vraag: de deelnemers, of beter, 'datapunten' in deze studie, zijn de kinderen. Hoewel ouders kunnen scheiden of sterven, heeft een kind per definitie twee ouders; en daarom zijn deze gegevens ook aanwezig voor eenoudergezinnen. Een eenoudergezin betekent niet dat de andere ouder niet bestaat, maar dat deze niet bijdraagt aan de dagelijkse opvoeding van een kind.
Zou je vragen voortaan per vraag apart kunnen stellen? Dank!