Ik ben momenteel bezig met het uitschrijven van mijn analyse in de methoden sectie. Ik kom er echter niet helemaal uit.
Ik doe onderzoek naar het effect van ouderlijke steun, vriendschap en persoonlijkheid (openness, conscientiousness, extraversion, agreeableness, neuroticism) op het affectieve welzijn van adolescenten. Verder kijk ik nog naar gender als moderator op de relatie tussen ouderlijke steun en affectief welzijn. In dit geval heb ik dus 3 onafhankelijke variabelen, 1 moderator en 1 afhankelijke variabele.
Echter, vooral wat betreft de Big Five, is het interessanter om apart te kijken naar negatief affect en positief affect dan naar het affectieve welzijn in het algemeen. Dit zou betekenen dat ik dan 2 afhankelijke variabelen heb.
Ik weet niet goed welke keuze ik nu moet maken qua analyses. Eerst had ik een multipele regressie analyse omdat er maar sprake was van 1 afhankelijke variabelen. Nu wil ik dus met 2 afhankelijke gaan werken, negatief en positief affect. Echter, ook blijft de totale score van affectief welzijn interessant om mee te nemen.
Hebben jullie tips over wat de meest passende analyse zou zijn voor mijn onderzoek en hoe ik dit uit kan voeren?