Dit is een site voor studenten van de Open Universiteit. Voordat je een vraag kunt stellen moet je even een account aanmaken (dit systeem is niet gekoppeld aan je OU studentnummer en wachtwoord).

Welkom bij het vraag- en antwoord systeem van de onderzoeks-practica van de studie psychologie bij de Open Universiteit.

Houd er, als je een vraag stelt, rekening mee dat je de richtlijnen volgt!

0 leuk 0 niet-leuks
beste, Bij studietaak 3.4, onderzoekspracticum inleiding onderzoek wordt bij de steekproevenverdelingen en betrouwbaarheidsintervallen de standaardfout van de normale steekproevenverdeling gedaan. Er wordt aangegeven vervolgens de standaardfout weer te vermenigvuldigen 1.96. Waar komt de 1.96 vandaan? Bij de formule van het betrouwbaarheidsinterval wordt de steekproefwaarde +/- de breedte-index x de standaardfout gedaan. Hoe wordt dit nu precies toegepast op deze percentages? Daarnaast lees ik vaker in de PDF versie (formule kon niet gerendered worden). Mis ik dan iets in de formule? Hartelijk dank! Astrid
in Inleiding Onderzoek (OIO, PB02x2; was Inleiding Data Analyse, IDA) door (360 punten)

2 Antwoorden

0 leuk 0 niet-leuks

> Waar komt de 1.96 vandaan?

Dat vind je bij 3.3 Steekproevenverdeling, onder het kopje "betrouwbaarheidsinterval", bijna onderaan. Daar staan de verschillende percentages en breedte-indexen, en dat in praktijk vaak de breedte-index 1.96 gebruikt wordt.

door (3.7k punten)
0 leuk 0 niet-leuks
In voorbeelden spreken we voor het gemak vaak van een breedte index van 2, dit is afhankelijk over welke verdeling het gaat. Bij de normaalverdeling is dat doorgaans 1.96, maar andere verdelingen (bijv. de t-verdeling of de F-verdeling) is dat soms net iets anders.

Vervelend dat niet alles goed te lezen is in de PDF. Je kunt altijd in de hoofdstukken in het boek bekijken, daar zou het allemaal wel moeten kloppen.
door (49.7k punten)
...