Dit is een site voor studenten van de Open Universiteit. Voordat je een vraag kunt stellen moet je even een account aanmaken (dit systeem is niet gekoppeld aan je OU studentnummer en wachtwoord).

Welkom bij het vraag- en antwoord systeem van de onderzoeks-practica van de studie psychologie bij de Open Universiteit.

Houd er, als je een vraag stelt, rekening mee dat je de richtlijnen volgt!

1 Antwoord

0 leuk 0 niet-leuks
Ja, dat mag. Dat wil zeggen, als je in een artikel een betrouwbaarheidsinterval rapporteert is het beter om niet af te ronden, want waarom zou je - je specificeert aan de statistische software gewoon of je een 95% of 99% betrouwbaarheidsinterval wil, en de software regelt de rest achter de schermen.

Maar als je conclusies wil trekken maken de verschillen die je noemt niet uit. Elke steekproefwaarde, waar je het betrouwbaarheidsinterval omheen opbouwt, verschilt immers van steekproef tot steekproef, en had dus makkelijk wat hoger of lager kunnen liggen. Afronding van grenzen van betrouwbaarheidsintervallen is dus prima.

Of, met andere woorden: je mag nooit conclusies trekken die hangen op een klein verschil, oftewel, als je betrouwbaarheidsinterval van bijvoorbeeld skewness van 0.21 tot 4.24 loopt, dan kun je moeilijk uitsluiten dat in de populatie de skewness 0 is; en als het 95% betrouwbaarheidsinterval van een correlatie van 0.02 tot 0.43 loopt, dan is dat hele zwakke evidentie dat de correlatie niet nul is in de populatie (ten eerste ligt .02 in het interval, en dat is 'for all practical purposes' nul, en ten tweede had de correlatie makkelijk .02 of .03 lager kunnen zijn dan je in die steekproef vond, en dan had 0 ook in het interval gelegen).

Dus, het is belangrijk om te onthouden dat alle steekproefwaarden van steekproef tot steekproef zullen verschillen. En als je steekproefomvang nit uitzonderlijk groot is, dan kunnen ze (en zullen ze) fors verschillen.
door (77.8k punten)
...